Behandeling van niet-melanome huidkanker

Behandeling van niet-melanome huidkanker

Chirurgie

Voor zowat elk type van huidkanker is chirurgie aangewezen.

Tijdens de operatie verwijdert de chirurg de hele tumor, meestal onder plaatselijke verdoving.

Hierbij moet soms een relatief groot stuk huid worden weggenomen. Nadien kan plastische chirurgie of een huidtransplantatie nodig zijn.

Fotodynamische therapie

Fotodynamische therapie is een vorm van lichttherapie waarbij men een lichtgevoelig product, dat actief wordt wanneer het aan rood licht wordt blootgesteld, op het huidletsel aanbrengt. Door het letsel te belichten zullen snel vermenigvuldigende huidcellen, zoals kankercellen en hun voorlopers, afsterven en vervangen worden door nieuwe, gezonde cellen. Dynamische fototherapie is alleen mogelijk bij oppervlakkige tumoren.

 

Lokale chemotherapie

Bij vroege, niet-invasieve vormen van huidkanker zoals oppervlakkig basaalcelcarcinoom, plaveiselcelcarcinoom in situ (op plaatsen die vaak aan zonlicht blootstaan) of actinische keratose kan men plaatselijk een crème met een celdelingremmende en celdodende stof aanbrengen. Deze crème verstoort het woekeren van de kankercellen en doet ze vervolgens afsterven.

 

Immuuntherapie

Een crème met een stof die het immuunsysteem stimuleert om kankercellen te elimineren, kan bij oppervlakkig basaalcelcarcinoom of actinische keratose gedurende enkele weken op het huidletsel worden aangebracht. Deze therapie heeft het voordeel dat de patiënt de behandeling thuis kan uitvoeren. Bovendien wordt, net als bij fotodynamische therapie, een chirurgisch litteken vermeden. Aan de andere kant kunnen plaatselijke bijwerkingen tijdens de behandeling min of meer ernstig zijn, afhankelijk van de patiënt en het behandelde letsel (roodheid, korstjes, wonden, pijn). Deze bijwerkingen verdwijnen echter snel tijdens de weken na de stopzetting van de behandeling.

 

Cryotherapie

Deze behandeling wordt soms toegepast bij plaveiselcelcarcinoom in situ. Met vloeibare stikstof onder het vriespunt wordt de huidafwijking bevroren. Hierdoor sterven de huidcellen af en verdwijnt de afwijking. Na enkele weken wordt onderzocht of het huidletsel helemaal weg is. Is dat niet het geval, dan wordt de cryotherapie herhaald of past men een andere behandeling toe.

 

Radiotherapie

Bestraling bij huidkanker kan een op zichzelf staande behandeling zijn, bijvoorbeeld in het geval van een huidafwijking die niet operatief kan worden behandeld. Maar er kan ook voor radiotherapie worden gekozen om klachten ten gevolge van een ingreep palliatief te verlichten.

 

Doelgerichte therapieën

Men kan een patiënt doelgerichte medicatie voorschrijven bij een gevorderd of niet te opereren basaalcelcarcinoom, maar ook om zeldzame uitzaaiingen te behandelen. Het geneesmiddel zal kankercellen doden door het blokkeren van een essentieel mechanisme dat nodig is voor hun functioneren. In bepaalde gevallen gaat de behandeling gepaard met verschillende nevenwerkingen, zoals vermoeidheid, smaakstoornissen en spierkrampen. Ze kunnen een bezwaar vormen om de medicatie langdurig te gebruiken.

Het belang van een vertrouwensrelatie met personen die je verzorgen

Aarzel nooit om vragen te stellen aan het zorgteam (artsen, verpleegkundigen…) en herhaal je vragen indien nodig, totdat je een begrijpelijk antwoord krijgt. Probeer in dialoog te gaan met je zorgverleners. Zo kun je samen in vertrouwen de best mogelijke beslissingen nemen.